Rabbijn R. Evers was de afgelopen weken in Israel. Daar werd hij geconfronteerd met de raketanvallen vanuit Gaza. Hier zijn eerste impressie. Hieronder zijn ervaring van afgelopen sjabbat in Jeruzalem.
Ook afgelopen Sjabbat (zaterdag) was het weer raak in Jeruzalem. Tegen zeven uur ‘s avonds gingen de sirenes van het luchtalarm weer af. We pakten onze kleinkinderen Taier en Noga weer op en renden de trappen af. Iedereen riep, dat we anderhalve minuut hadden. Dat gaat opmerkelijk snel.
Alle bewoners stonden in de schuilkelder (miklat) waar gelukkig wel enig licht was. Het is een onheimische betonnen ruimte met verder totaal niets. Iedereen had de kleine kinderen op de arm. Ook renden sommige huisdieren mee de miklat in.
We spraken elkaar moed in en zongen de zemierot (liederen) van Sjabbat: “Hasjeem ro’ie lo echsar – G’d is mijn Herder” (psalm 23). We voelden ons één met ons volk, dat verspreid over het land hetzelfde lot ondergaat, nu ook in het noorden van Israel raketten zijn gevallen van een onbekende Jihad-strijdeenheid.
We hopen, dat deze terreur-oorlog snel overgaat. Maar als de voortekenen niet bedriegen, lijkt het einde nog lang niet in zicht.
Tot besluit zongen we nog iets uit de zemierot (liederen) van Sjabbat: “Gam ki eleech begee tsalmawet lo iera ra kie Atta imadie – ook wanneer ik in de schaduw van de dood ga, vrees ik het kwaad niet want U bent met mij”.
Rabbijn R. Evers