Sjabbat wereldwijd


Wat is de betekenis van Sjabbat? Wat stond onze Chachamiem, onze Geleerden, voor ogen toen zij de Sjabbat-rust uitbreiden en nog meer dingen verboden om er maar zeker van te zijn dat de centrale Sjabbatrust op geen enkele wijze in gevaar komt? Hoe zouden we arbeid en rust moeten waarderen? Wat is hun verhouding? Wat is de bedoeling van de Sjabbat?

Rabbijn mr. drs. R. Evers, rabbijn van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap

Het Tora denken vindt zijn oorsprong in de Heilige Schrift. De Tora filosofie wordt daarin niet begripsmatig geformuleerd of in een systematische vorm behandeld.

De Tora geest is in eerste instantie religieus en niet zuiver filosofisch, zoals de Grieks-klassieke. De ideeënwereld van de Tora vormt het religieuze bewustzijn van de Tora-georienteerde mens.

Ook tegenwoordig nog staat dit denken op religieuze grond; zodra het hiervan wordt losgemaakt verliest het zijn specifiek Tora karakter. De verhouding tussen mens en G’d is in de Tora-wereldbeschouwing van persoonlijke aard, gedefinieerd in ethische categorieën. G’d is niet alleen Soeverein over de oneindigheid van de materie maar ook de enige Bron van absolute waarden. Dit is het ethisch monotheïsme van de Tora.

Typerend is tevens de kijk op de geschiedenis, die niet bestond in de klassieke Griekse filosofie: de idee van eenheid van de menselijke geschiedenis, die aan alle gebeurtenissen, die in de loop van de eeuwen zijn voorgevallen, samenhangende betekenis toekent. Onze geschiedenis kent een absoluut begin, de Schepping, komt tot het middelpunt in de Openbaring op de berg Sinai en de Wetgeving en gaat in de Verlossing door de komst van de Messias zijn eindbestemming tegemoet. Dit organische tijdsbegrip is verzekerd van eenheid krachtens hetzelfde principe dat de eenheid van de natuur verzekert: de Eenheid van G’d, die de exclusieve Bron van ieder leven en iedere betekenis vormt. De Sjabbatrust speelt hierin een cruciale rol.

 

De Sjabbatviering: ont-aardsing

Stress en verhaasting, gezondheidsproblematiek en tijdgebrek zijn kenmerken van onze huidige werkweek. De strijd tegen een alles verzwelgende 24-uurseconomie brengt ons direct bij het grote belang dat de Tora toekent aan de Sjabbatviering.

De Tora rustdag kenmerkt zich door een intensief gezins- en familieleven, veel gezamenlijke Tora -en Talmoedstudie en Synagogebezoek. Het ‘niet-creëren’ en ‘niet-produceren’ staan op deze dag centraal. Men dient af te zien van iedere activiteit, die als planmatig en doelgericht produceren kan worden opgevat.

Op de Sjabbat wordt er aan tafel gezongen en geleerd en zijn gasten welkom. Telefoon, radio, auto en alle elektrische apparaten worden niet aangezet. Al deze factoren zorgen voor een werkelijke lichamelijke rust, met volop mogelijkheden tot geestelijke groei en ontplooiing.

De economie in ons land draait op volle toeren. Het is de motor van onze welvaart. Sommige bedrijven draaien volcontinu, vierentwintig uur per dag, zeven dagen in de week. De 24-uursecononie gaat voorbij aan lichamelijke en psychische ritmes. Dit heeft gevolgen voor onze fysieke en geestelijke gezondheid. Tevens komt bij afwijkende werktijden het sociale leven tekort. Ouders kunnen minder tijd vrijmaken voor de opvoeding van hun kinderen, waardoor ook de waarden en normen die een familie samen deelt en de overdracht daarvan in het gedrang komen.

Het samen beleven van religieuze waarden, het met elkaar stilstaan bij zingevingsvragen vormen belangrijke elementen in het menszijn. De mens heeft behoefte aan bezinning, tijd en ruimte voor het onderhouden van -naast de relatie met de medemens –zijn relatie met G’d.

 

Samenkomen voor bezinning

Onze samenleving heeft bovendien behoefte aan een collectieve vrije dag. Een bijzondere dag, waarop mensen iets anders doen dan normaal en doorgaans het gezelschap zoeken van anderen. Rust wordt een kostbaar en schaars goed in onze samenleving. Er moet een evenwichtige afweging worden gemaakt tussen consumentenbelangen en economische vereisten enerzijds, en wensen ten aanzien van het privé- en sociale leven anderzijds.
Het benadrukken van economische factoren leidt ertoe dat wezenlijke zaken uit het beeld verdwijnen.

Tora dimensies

Het Tora denken voegt nog enkele dimensies toe aan de omgang met onze economische ontwikkeling. In het Tora denken wordt de mens niet geacht iets volledig in eigendom te hebben.
Kapitaalgoederen moet men beschouwen als deposito’s; alle aardse goederen zijn aan de mens toevertrouwd onder andere met de bedoeling daarmee goede, G’d welgevallige werken te verrichten. Het Tora-Hebreeuws kent geen apart werkwoord voor het begrip ‘hebben’ of ‘bezitten’.
In plaats daarvan wordt een constructie van het woord ‘zijn’ gehanteerd; ‘jeesj lie – er is voor mij aanwezig’. Eigendommen en bezittingen zijn in de religieuze werkelijkheid slechts panden, door G’d aan de mens – voor zekere tijd -toevertrouwd.

Vanuit een religieus denkkader voelt ieder mens zich afhankelijk van de Almachtige, die de mens voorziet in alles wat hij nodig heeft. Van de mens wordt hiervoor enige tegenprestatie verlangd. Het leven bestaat uit meer dan economisch presteren en technische vooruitgang. De aangewezen weg voor het leveren van een religieuze tegenprestatie is een verantwoord gebruik van de kapitaal- en consumptiegoederen.

Eén van de vele wegen hiertoe is het ondersteunen van armen, zieken en behoeftigen. Net zoals G’d niets aan de mens verschuldigd is en toch geeft, zo ook is iedereen verplicht behoeftigen te helpen, ook al is men hen formeel gesproken, niets verschuldigd.

Reacties zijn gesloten.