In Leeuwarden is een Sjabbatpaal teruggeplaatst. De paal, eigenlijk een buis, is in opdracht van de gemeente gerestaureerd door een siersmid uit Akkrum. Nu staat hij weer op zijn plaats op de hoek van de Groningerstraatweg en de Noorderweg.
De geel-blauwe stadskleuren van Leeuwarden die in latere jaren op de paal zijn aangebracht, hebben plaats gemaakt voor donkergroen. Dat meldt de Leeuwarder Courant. Ook is de opening aan de bovenkant afgesloten. Daardoor kan er geen vuilnis meer in de buis worden gestopt.
Oorspronkelijk was de Sjabbatpaal een deel van een duo. De tegenoverliggende paal heeft de tand des tijds echter niet doorstaan. De bedoeling van de paal was om een touw, kabel, hekwerk of net er uit te trekken en aan de paal aan de overzijde van de straat vast te maken zodat een visuele ommuring rond de stad gesloten werd. Zo’n ommuring, Eroev, maakt het voor Joden mogelijk om op Sjabbat en Jom Kippoer te dragen in de openbare ruimte. Bij de paal komt een informatiebordje zodat voorbijgangers een idee krijgen van het bijzondere object dat sinds 2009 op de gemeentelijke monumentenlijst van Leeuwarden staat en herinnert aan het Sjabbat-draaggebied dat Leeuwarden ooit kende.
In Leeuwarden gaat men er van uit dat het nu gerestaureerde paaltje oorspronkelijk in de jaren ’30 is geplaatst. In die jaren is op meer plaatsen in het land succesvol gewerkt aan een Eroev. Ook uit die tijd dateren de Eroev van Groningen (ingesteld door opperrabbijn Simon Dasberg in 1937) en Den Helder (in 1938 ingesteld door opperrabbijn Philip Frank), en de Eroev-uitbreiding in Rotterdam van 1939 door opperrabbijn A.B.N. Davids. De Eroev in Amsterdam is in 1912 uitgebreid en opnieuw in de jaren ’30 toen de Watergraafsmeer er aan werd toegevoegd. In 1962 is de Eroev van Amsterdam opnieuw uitgebreid tot en met Buitenveldert, waar daarvan nog steeds enkele uit die tijd stammende Sjabbatpalen (feitelijk kastjes) staan. De huidige Eroev van Amsterdam, nog de enige functionerende Eroev in Nederland, is in maart 2008 tot stand gekomen. Daarmee werd een Eroev-situatie hersteld die al door de Amsterdamse opperrabbijn Chacham Zwi in 1711 was gecreëerd.
In ieder geval ook Den Haag en Maarssen waren plaatsen waar een Eroev bestond.
