Rabbijn Shmuel Katz is al meer dan tien jaar verbonden aan de sjoel in de Gerard Doustraat in Amsterdam, een bijzondere sjoel, dicht tegen het centrum aan, gehuisvest in een prachtig negentiende eeuws gebouw. In een brief aan zijn sjoelbezoekers blikt rabbijn Katz terug en kijkt vooruit.
Tien lange jaren …
Vorig jaar was het tien jaar geleden dat ik de kawod kreeg om de rabbijn te zijn van de Gerard Dousjoel. Een moment dat mij diep raakt. De tien jaren zijn snel voorbijgegaan. Ze waren lang omdat ik tijdens de lange wandelingen tussen Buitenveldert en de sjoel heel veel tijd heb gehad voor zelfreflectie. Als eerste een dank aan mijn gezin. Zij weten dat op de sjabbatot dat ik in de Gerard Dou ben de sjabbat lunch later begint. Mijn vrouw en kinderen hebben al die jaren heel veel geduld gehad. Heel veel dank. Onder verwijzing naar Brachot 17a hoop ik en wens ik dat Hashem jullie hiervoor zal belonen.
Er rust een bracha (zegen) op onze sjoel. Moge dat zo blijven tot in lengte van jaren.
Gedurende deze tien jaar zijn er vaste sjoelbezoekers bij gekomen en ook weer afgegaan. De ene keer is er heel ruim minjan de andere keer wat minder. Soms hebben we de tiende man van de … Albert Cuypmarkt -:( gehaald. Voor een ieder die regelmatig in onze sjoel komt, geldt dat hij en zij het gevoel hebben dat Hasjem ons helpt onze sjoel voort te laten bestaan. Er rust een bracha (zegen) op onze sjoel. Moge dat zo blijven tot in lengte van jaren.
Mijn volgende dank gaat naar u, de sjoelbezoekers en de leden van de Gerard Dou. Misschien zijn we niet de grootste sjoel van Amsterdam. Wel beseffen wij allen dat we met de Gerard Dousjoel een heel bijzonder historisch plekje in handen hebben waar we op een hele zuinige manier mee om moeten gaan. De trouw die u toont, de liefde waarmee iedereen over de sjoel spreekt en de warme sfeer iedere sjabbat opnieuw, zeggen hier heel veel over.
Gedurende de afgelopen periode heb ik steeds op een hele prettige wijze met het bestuur mogen samenwerken. Het is heel mooi dat we dit op zo een geweldige manier hebben kunnen doen. We hebben dit gedaan steeds met respect voor elkaar. Respect wat altijd aanleiding is geweest voor mooie oplossingen. Deze samenwerking is voor mij een van de mooiste die ik mijn leven heb mogen hebben. Moge u allen dan ook door Hasjem hiervoor op de juiste manier bedacht worden.
En dan tot slot een woord van dank aan mijn ouders en mijn leraren. Mijn ouders brachten mij de liefde bij voor het jodendom. Als kleine jongen in Veenendaal leerde ik het waarderen als er in een hoekje van de provincie Utrecht minjen was met jom tov. Mijn vader leerde mij Misjna, mijn moeder Choemasj. Dat alles deden ze met veel liefde en geduld. Dat is de bron waaruit ik put als ik met u en voor u spreek. Moge Hasjem hen beiden arichat jamim geven in hun fijne plekje in Bayit Vegan in Jeroesjalajim. Mijn leraren leerden mij Gemara, Halacha en Machshawa. Van anderen zag ik hoe een drasja (predikatie) te geven. Soms noem ik één van hen, soms niet. Maar van al die leraren waarvan er sommigen reeds in het Gan Eden zijn heb ik veel geleerd. In de sjoel aan de Gerard Doustraat hebben zij allen een plekje.
Wat zal er zijn over tien jaar? Dat kan ik u niet vertellen. Wel geloof ik dat als we steeds weer mensen enthousiasme aanreiken voor onze sjoel, dat deze zal blijven bestaan en hopelijk gaat groeien en bloeien. In de buurt is veel potentieel, laten we die kansen niet onbenut laten.
Mogen wij allen in gezondheid een fijne jom tov hebben, chag sameach, lechajim op het leven.
Rabbijn Shmuel Katz
