De Raad van Kerken steunt een oproep van de Wereldraad van Kerken om een boycot in te stellen en het associatieverdrag dat de EU met Israël heeft, op te zeggen wanneer Israël er toe over zou gaan om delen van de West Bank of het Bijbelse Judea en Samaria te annexeren. Om de actie van de Raad van Kerken (nadien door de Raad in een nadere verklaring afgezwakt) te begrijpen, is een kleine theologische exercitie nodig.
Ruben Vis
De steun van de Raad van Kerken aan de oproep van de Wereldraad leidt tot ergernis aan Joodse zijde. Waar is de veroordeling van ook maar één ander land door de Raad van Kerken. In de afgelopen drie jaar sprak de Raad zich uit over van alles, over armoede, asielzoekers, vluchtelingen, milieuvraagstukken, maar nooit over de veroordeling van welk land dan ook. Singling out Israel, noemt Natan Sharansky het als hij legitieme kritiek op de Joodse staat wil onderscheiden van antisemitisme. Nog daargelaten dat er helaas genoeg mensenrechtenschendingen zijn die onder Palestijns gezag worden gepleegd en om een veroordeling vragen.

Naast kritiek op de positionering die de Raad kiest op andere gronden is er nog een specifieke grond die juist bij een vergadering van christelijk-religieuze organisaties die een gezamenlijke theologische grondslag hebben, om bestudering vraagt. Over de theologische dimensie van de actie van de Raad van Kerken en in bredere zin de verschillende soms moeizame grondslagen voor de verhouding van het christendom tot het Jodendom, gaat dit artikel. Het schetst hoe in het christendom wordt geworsteld met de wortels die onmiskenbaar in het Jodendom liggen, hoe die worsteling tot verschillende theologische opvattingen leidt en daarom de focus op de staat Israël ligt, veel meer dan op enig ander land of politiek conflict.
Het OJEC is het officiële overlegkanaal tussen Joodse en christelijke kerkgenootschappen. Diverse kerken hebben door middel van het OJEC een modus gevonden om met de worsteling èn met de relatie met het Jodendom om te gaan en gestalte te geven. In het OJEC wordt de oproep door het NIK geagendeerd. Het OJEC heeft zich, zeer uitzonderlijk, rechtstreeks tot de Raad van Kerken gericht. ‘Binnen het OJEC willen christelijke leden graag aan onze Joodse gesprekspartners uitleggen dat er werkelijk iets is veranderd in de kerken sinds de laatste eeuwen, als het gaat om de relatie met het Joodse volk. Soms krijgen wij het gevoel dat het tegen beter weten in is’.
De Joodse kerkgenootschappen participeren ook in het OJCM, het overleg van Joden, christenen en moslims. Anders dan in het OJEC zitten daar niet de christelijke kerkgenootschappen aan tafel maar de Raad van Kerken. De partners van de Raad in het OJCM, Joods èn islamitisch [Koran, hoofdstuk 5:20-21, RV] zijn boos over de actie van de Raad van Kerken. Ze voelen zich overdonderd en ontdaan omdat de Raad de visie van de Wereldraad van Kerken deelt dat alle fouten binnen ‘het conflict’ aan de kant van Israël liggen. Hanneke Gelderblom-Lankhout, lid van het OJCM, zegt in haar Jonet-column: ‘Bij het OJCM kiezen we juist niet voor de makkelijke weg van polarisatie waarin ‘jij’ tot de goeden behoort en al die anderen de potentiële schuldige zijn’.
LEES de rest van dit artikel HIER VERDER bij Jonet: Gespannen verhoudingen tussen Jodendom en christendom of klik HIER voor het hele artikel in PDF.