Op donderdag 25 juni 2020 – 3 tammoez 5780 overleed zeer onverwacht de heer Hans S. Joosten (12 maart 1938 – 25 juni 2020), oud-voorzitter van achtereenvolgens de Joodse Gemeenten Arnhem en Amersfoort.
Hans Joosten werd geboren in Arnhem en werd na zijn studie geneeskunde in Amsterdam waar hij zijn Céline ontmoette huisarts in Arnhem, het beroep wat zijn vader ook uitoefende. Hij was een huisarts van de “oude” stempel, want naast het uitoefenen van zijn huisartsenpraktijk aan huis en met Céline als assistente, deed hij gemiddeld ook nog vijftien huisbezoeken per week.
Céline en Hans trouwden in 1964 en kregen de choepah van Opperrabbijn E. Berlinger. Er werden twee kinderen geboren en met elkaar vormden ze een gelukkig gezin in Arnhem.
Hans Joosten is vanaf zijn studententijd in Amsterdam, waar hij voorzitter was van een studentenvereniging steeds bestuurder geweest. Als voorzitter van de N.I.H.S. Arnhem was hij ook nauw betrokken bij de bouw van het Joods Bejaardenthuis Beth Zikna. Hij was medeoprichter van de loge B’nai B’rith Sir Montefiore, met leden uit het oosten en midden van Nederland. De loge heeft zolang deze heeft bestaan een belangrijke bindende functie gehad voor het Joodse leven in deze delen van het land. Uiteraard bleef Hans de stuwende kracht achter het geheel. Ook ondernam Hans met Céline reizen naar de voormalige Sovjet-Unie om in het geheim Joden te bezoeken en hen Joods leermateriaal ter hand te stellen.
In 1993 zegden Hans en Céline Arnhem vaarwel en vestigden zij zich in Soest. Hans ging tot zijn pensioen verder als Arboarts, rayon Hilversum. Natuurlijk MOEST Hans wat doen voor Soest; het werd “tafeltje dekje” en hij en Céline zorgden tot haar overlijden ook voor een oudere vrouw. Daarnaast waren beiden actief in de opvang van vluchtelingen.
Eigenlijk vanzelfsprekend kwam Hans ook in het bestuur van de Joodse Gemeente Amersfoort en werd in meer dan twintig jaar bestuurslidmaatschap vicevoorzitter, penningmeester en ook in Amersfoort voorzitter. Céline deed de kiddoesj commissie en later zorgde Céline samen met een ander kehilla lid dat er wekelijkse minjan was en uiteraard regelde zij ook het minjan met de Joodse feestdagen. Ondertussen nam de gezondheid van Hans af en leed hij veel pijn aan alle gewrichten en waren vooral de nachten een hel voor hem. Op de Algemene Ledenvergadering van 2018 overhandigde Hans de voorzittershamer van de NIG Amersfoort aan Sonja de Leeuw. Uiteraard bleven zij lid van de NIG Amersfoort en het wel en wee van de kehilla bleef Hans interesseren.
Donderdag 25 juni-3 tammoez was het lichaam op en is Sander ben Tswi Halevi vredig ingeslapen. Een betrokken MENSCH verliet het aardse bestaan. De lewaja op de Joodse Begraafplaats van Amersfoort vond in zeer besloten kring plaats.
ת׳נ׳צ׳ב׳ה
Moge zijn ziel gebundeld worden in de bundel van het eeuwige Leven.
Franklin D.C. de Liever, secretaris van de Nederlands-Israëlitische Gemeente Amersfoort
Afstammeling van Oeri Halevi
Vanaf zijn studententijd was Hans Joosten bestuurlijk actief voor Joods Nederland en is dat bijna tot op het laatst gebleven. Aan Hans Joosten was een bijzonder kenmerk verbonden. Hij was een afstammeling van de eerste geloofsgenoten die zich in Nederland hebben gevestigd. In het voorjaar van 1602 kwam Oeri Halevi vanuit Emden in het noorden van (huidig) Duitsland waar hij leraar of rabbijn was geweest, naar Amsterdam. In oktober 1603 verscheen Oeri Halevi voor schepenen van Amsterdam, en identificeert zich als Philips Joosten. M.H. Gans schrijft in zijn monumentale werk Memorboek, platenatlas van het leven der Joden in Nederland vanaf de middeleeuwen tot 1940 over Oeri Halevi / Philips Joosten die in zijn huis zijn religie beoefende en de allereerste godsdienstoefeningen heeft gehouden op ‘Sabbatten, Paesschen, Pinxteren en Loovertentenfeesten’. Oeri Halevi bracht Portugese Joden terug bij hun Jodendom.
Hans Joosten heeft zich zo’n vierhonderd jaar later daar ook toe ingezet, voor het Nederlandse Jodendom, voor Russisch-Joodse vluchtelingen die hierheen kwamen, voor Joodse gemeenschappen in Oost-Europa toen daar na de val van het communisme de kehillot zich konden gaan ontplooien.
Gans: “Met Oeri Halevi begint de geschiedenis van de georganiseerde joodse gemeenschap in deze streken”. (Streken, want Nederland heette het nog niet.) Oeri Halevi / Philips Joosten heeft in Hans Joosten een nazaat gekregen die zich net als hijzelf talloze jaren heeft ingezet voor zijn Joodse en niet-Joodse medemens en voor de Joodse gemeenschap.
Ruben Vis