Iedereen kan een leider zijn

Iedereen kan een leider zijn. Als Poeriem, zeker dit jaar, ons iets leert, is het dat iedereen een leider kan zijn. Dit jaar is het jaar waarin de Britse voormalige opperrabbijn Jonathan Sacks overleed. Zijn Covenant & Conversation serie bij de wekelijkse sidra gaan nog gewoon door; hij had voor een heel jaar vooruit gewerkt. Dit jaar gaat deze serie gaat over leiderschap. Aan de hand van een passage of gebeurtenis in iedere sidra vindt Rabbi Sacks een aanknopingspunt om het belang van leiderschap te onderstrepen. De stukken zijn voor iedereen geschreven, joods en niet-joods, leider of geen leider. Het NIK publiceert met enige regelmaat in het Nederlands vertaalde artikelen van Rabbi Sacks in het NIK Weekbericht.

De Megilla waarin het Poeriemverhaal is opgeschreven is het verhaal van ‘iedereen kan een leider zijn’. In het verhaal komen vier leiders voor die we herkennen aan de afkorting HEMA: Haman, Esther, Mordechai en Achasjwerosj.

Neem Achasjwerosj, de koning, dus een leider q.q., wat wil zeggen: uit hoofde van zijn functie. Maar we zien dat Achasjwerosj weliswaar de functie bekleedt maar alles behalve een leider is. Hij laat het leidinggeven over aan Haman. Over hem kunnen we kort zijn: een slechte leider.

Dat brengt ons bij Mordechai en Ester. Mordechai was niet meegegaan met de naar het Joodse land teruggekeerde ballingen. Dat ware natuurlijk beter geweest maar de situatie waarin hij zich bevond, gaf hem de kans zich tot leider te ontpoppen en met Ester samen de redding voor het Joodse volk te realiseren. Hij was dus de juiste man op de juiste plaats en kon zo een leider zijn. Voor Ester geldt dit nog meer. Een meisje, een jonge vrouw hoogstens, die nog nooit aan het leiderschap had geroken of gedacht. Door een speling van het lot of door de onzichtbare G’ddelijke hand die ingreep werd leiderschap haar taak.

Juist in deze tijd, in dit jaar, waarin we Poeriem vieren in een pandemie, kan iedereen een leider zijn. Door verantwoordelijkheid op zich te nemen, met grote en met kleine daden. Door doortastend op te treden als we zien dat dingen niet goed dreigen te gaan als het om het verspreiden van het virus gaat. Door initiatief te nemen om verspreiding te voorkomen, of zich in te zetten om toch nog iets van het leven, het Joodse of het algemene leven, te maken als die mogelijkheid zich voordoet.

We zijn nu een jaar verder en de COVID-19-pandemie is nog niet voorbij. We passen ons leven eraan aan en we gaan zo goed mogelijk door. We leren nieuwe wegen te bewandelen en met deze boodschap nog meer dan voorheen een leider te zijn.

Chag Poeriem sameach,

Ruben Vis

Reacties zijn gesloten.