Belgische vice-premier wil racistische en antisemitische partijen verbieden.

Belgische vicepremier en minister van binnenlandse zaken Patrick DewaelDe Belgische vice-premier en minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael wil rechters de mogelijkheid geven om organisaties en verenigingen die zich bezondigen aan xenofobie, racisme en antisemitisme, buiten de wet te stellen. Momenteel kunnen individuen op basis van de antiracismewet wel worden veroordeeld, maar verenigingen of organisaties niet. De Belgische minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael wil rechters de mogelijkheid geven om organisaties en verenigingen die zich bezondigen aan xenofobie, racisme en antisemitisme, buiten de wet te stellen. Dat heeft de VLD-minister zondag gezegd tijdens een herdenking in de Dossin-kazerne in Mechelen. Momenteel kunnen individuen op basis van de antiracismewet wel worden veroordeeld, maar verenigingen of organisaties niet.
De Nazi’s deporteerden vanuit de Dossin-kazerne 25.000 Belgische joden naar concentratiekampen. Slechts 1.194 joden en 13 van de 250 zigeuners overleefden de kampen.

Bijzondere affiniteit
Vorig jaar onthulde Dewael zijn bijzondere affiniteit met het herinneringscentrum te Mechelen en zijn afkeer van nazisme en totalitaire regimes. Toen zei de Belgische vice-premier op die plaats: “Wat minder mensen weten, is dat mijn grootvader als minister van Binnenlandse Zaken tijdens de Tweede Wereldoorlog vluchtte naar Frankrijk en dat hij daar door het Vichyregime gearresteerd werd. Hij belandde in een Franse gevangenis en werd later overgebracht naar het concentratiekamp van Sachsenhausen, waar hij nummer 71693 NN werd. De dubbele N verwijst naar Nacht und Nebel, de categorie gevangenen die ter dood werden veroordeeld zonder executie.

Bergen Belsen
In februari ‘45 werd hij van Sachsenhausen overgebracht naar Bergen Belsen. Twaalf dagen voor de bevrijding van dat kamp door de Amerikanen stierf hij daar aan tyfus. Het duurde nog jaren vooraleer zijn stoffelijk overschot naar zijn thuisstad Lier werd overgebracht.

‘Hij werd een nummer’
Mijn grootvader heeft ervaren wat het is om voor zijn gedachtegoed en idealen op te komen tegen een totalitair regime. Hij was een man, een vader, een zoon en hij werd in Sachsenhausen een nummer. Men nam hem, zoals zoveel miljoenen mannen en vrouwen alles af wat hem tot mens maakte. Zijn kleding, zijn bezittingen, zijn naam. Hij werd er een nummer.

Reacties zijn gesloten.