Pesach – Hoe is de sederviering tot stand gekomen?

Uiteraard gaat de basis van de seder – het eten van het Pesachoffer met matsa en bittere kruiden – terug tot de eerste Pesach in Egypte en de jaren na de uittocht. In de tijd van de Tempel werd de eerste avond Pesach gevierd in familieverband in Jeruzalem totdat de tempel in het jaar 70 werd vernietigd. Jeruzalem was vol met mensen die Pesach in de stad kwamen vieren en er het offer kwamen brengen.

De seder thuis dateert waarschijnlijk uit de tijd van Jochanan ben Zakkai (eind eerste eeuw) die zei “zolang de Tempel bestond was er het altaar om Israel vergiffenis te schenken, maar nu is het ieders tafel die de vergiffenis schenkt”, daarmee aangevend dat het Jodendom verder gevoerd diende te worden door religieuze beleving in ieders huis.

De meeste huidige gebruiken en gebeden uit de haggada waren in 210 al bekend. De Misjna geeft er immers een vrij gedetailleerde beschrijving van in het tractaat Pesachiem. Uit het feit dat Rav en Sjemoe’eel in de Tamoed discussiëren over de Haggada-tekst, blijkt dat de haggada toen nog niet zijn definitieve vorm had gevonden maar nog aan wijzigingen onderhevig was.
Aanpassingen en toevoegingen bleven komen en gaan tot de zestiende eeuw, toen het lied Chad Gadya als sluitstuk aan de haggada werd toegevoegd. Naast toevoegingen werden er ook stukken uit de haggada verwijderd. Het Jiddisje lied Almachtiger Gott zal men niet meer in de moderne haggadot aantreffen.

De befaamde Joodse musicoloog A.Z. Idelsohn dateert de bekendste liederen in de haggada als volgt: Wajehie bachatsie halaila – geschreven door de dichter Jannai in de zevende eeuw; Amartem zewach Pesach – geschreven door Eliezer Hakallier in circa 700; Kie lo na’e – geschreven in Frankrijk of Duitsland in de Middelleeuwen; Adier hoe – voor het eerst bekend in praag in 1527; Echad mie jode’a – afkomstig uit Zuid-Frankrijk, van onbekende datum; Chad Gadja – voor het eerst gepubliceerd in Praag, 1590.

Reacties zijn gesloten.