De etrog – van een wit bloemetje tot de gele vrucht van een prachtige boom

Jaarlijks kopen velen de arba’a miniem – de palmtak en de drie andere soorten waarmee op Soekot wordt geschud. Drie soorten takken en een vrucht, waarvan de laatste het duurste element is. In de Tora wordt de etrog omschreven als een prie eets hadar – een vrucht van een prachtige boom. Een citrusvrucht, maar de huid is niet zo glad als van de citroen en zijn vorm is minder rond dan de limoen.

De vrucht, etrog, wordt gekweekt op plantages in Israel en in een aantal andere mediterrane landen zoals Italië en Marokko. De etrog die in Nederland wordt verkocht komt uit Israel. De meeste Israelische plantages liggen in de streek tussen Gedera en Chadera in het midden van het land langs de kust. Daar worden ze enkele weken voor Soekot geplukt en in beschermend materiaal verpakt.
Vroeger was dat altijd een soort vlasachtig materiaal uit Turkije. Tegenwoordig gaat er steeds vaker een kunststof ‘verband’ om heen dat in een Israelische kibboets wordt vervaardigd. Daarna gaan de etrogiem voor inspectie naar het ministerie van Landbouw om te checken of er geen ziekten in zitten. Vervolgens controleert een religieuze inspecteur of de etrogiem geschikt zijn om er de mitswa van het schudden met de arba’a miniem mee te vervullen.

Klein wit bloempje
Aan de boom bloeit eerst een klein wit bloemetje in april dat zo’n drie maanden later een harde groene vrucht wordt.
De etrog wordt ‘hadar’ genoemd in de Tora; een prie eets hadar – vrucht van een ‘hadar’ boom.

Hadar en citrus: 1 woord
In het Grieks (waarin de Bijbel werd vertaald) werd ‘hadar’ vertaald in ‘kedros’. De Grieken of Hellenisten noemden de vrucht: ‘kedromelon’. Het Griekse kedros werd in het Latijn omgezet in cedrus. Hieruit volgde de Nederlandse Bijbel-vertaling van Etrog in Cederappel, en de evolutie van het woord in citrus en citroen. Allemaal afgeleid van de Griekse hadar-vertaling: kedros.
De citrus-soortnaam komt dus rechtstreeks van de naam die de Tora er in het Hebreeuws aan gaf en de Septuaginta-vertalers er van maakten in het Grieks: hadar en kedros.

Rabbijn R. Evers legt de betekenis van het woord ‘hadar’ uit. “Hadar betekent allereerst ‘mooi’ maar tevens `iets wat blijft hangen aan de boom’. Eén van de eigenschappen van de etrog is, dat het veel langer aan de boom blijft hangen dan andere vruchten. Wanneer er alweer een nieuwe oogst aan de bomen hangt, zijn de oude etrogiem nog steeds aanwezig.”
De boom heeft ook doornen, die het gevaar opleveren de schil van de etrog te beschadigen, waardoor deze ongeschikt wordt voor Soekot.
Bij het plukken lijkt hij nog op de groene limoen. De huid van de etrog is echter veel grover dan die van de limoen. De etrogiem in Israel zijn veelal groen. Gedurende hun reis naar Europa of de VS krijgen ze de gelegenheid om geel te kleuren. Wanneer Soekot vroeg in het jaar valt, al begin september, dan is er een minder groot aanbod aan rijpe etrogiem dan wanneer Soekot latere valt en er meer vruchten geplukt kunnen worden en de vruchten vaak ook wat groter zijn gegroeid.
Wanneer de bladeren van de boom de vrucht raken, kan er zgn. ‘bladvlek’ op de gele schil van de vrucht ontstaan. Dit doet af aan de fraaiheid van de etrog.

Zelf kweken
Wie zelf een etrog wil kweken, kan HIER terecht voor zaadjes. Zorg wel dat het niet gaat vriezen, want daar kan een etrogboom niet tegen. En het is de vraag of de verkochte zaadjes afkomstig zijn van – zoals het voorschrift luidt – een ongeënte etrog-boom.

foto: c Henriette Kress

Reacties zijn gesloten.