In het eerste kwartaal van 2005 was er al meer antisemitisme in Rusland dan in heel 2004, toen de Joodse bevolking werd opgeschrikt door twee bomexplosies en de moord op drie Joden.
Volgens het Moskou Mensenrechtenburo is de Russische hoofdstad het meest gevaarlijk voor Joden. Het buro publiceerde een onderzoek naar de situatie over 2004 en de eerste drie maanden van 2005. Toen vonden er 27 antisemitische aanvallen plaats. In andere plaatsen, zoals Volgograd en St Petersburg, was dat niet meer dan vijf of vier.
Zwaardere incidenten betreffen onder meer een granaatexplosie op het terrein van een synagoge in januari 2004, en een bomexplosie bij de ingang van het Mekor Chaim centrum in Moskou. In maart 2004 werd de voorzitter van het World Mountain Jews Congress, Zaur Gilalov, vermoord. In Dagestan werden ook twee Joden vermoord. In januari 2005 werden twee rabbijnen in Moskou in elkaar geslagen. Het rapport noemt ook aanvallen die door politiefunctionarissen jegens Joden zijn gepleegd.
Het aantal antisemitische artikelen was in het eerste kwartaal van 2005 al meer dan in het hele voorafgaande jaar. Eind maart stuurde een groep van vooraanstaande personen uit de wereld van de cultuur een brief naar het Russische openbaar ministerie met het verlangen dat een aantal Joodse organisaties zou worden verboden. Een vergelijkbare brief was ook al in januari gestuurd die toen mede was ondertekend door een aantal Russische parlementariërs. Volgens de briefschrijvers is het Jodendom anti-christelijk, niet humaan en bestaan de Joodse gedragingen onder meer uit het plegen van rituele moorden. Later werd een aantal handtekeningen onder de brief ingetrokken.
