Nijmegen

De Joodse Gemeente Nijmegen is een opmerkelijke kehilla. Na een lange periode van ogenschijnlijke rust, is de kehilla sinds medio jaren ’90 onverwacht tot grote bloei gekomen. Er is een druk gemeenteleven. Nijmegen behoort tot een van de oudste steden van Nederland, en was al een nederzetting in de Romeinse tijd. Misschien leefden er toen al met de Romeinen meegetrokken Joden.

Nu is Nijmegen een van de meest bloeiende kehillot van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap. Er gebeurt er veel. Regelmatig sjoeldiensten, bijeenkomsten, maaltijden, een koor, Joodse lessen en culturele activiteiten. En een Nieuwsbrief.

De Nijmeegse populatie is een breed samengestelde. Er komen mensen met heel verschillende paspoorten. Zij komen bijeen in de oude, oude synagoge. Waarom oude, oude? Omdat aan het eind van de 20e eeuw de NIG Nijmegen terugkeerde naar de oude synagoge. De sjoel die dateerde uit de 19-20e-eeuw, was na de oorlog te groot; een deel werd afgestoten. Maar de Gemeente groeide weer en niet het afgestoten gedeelte werd teruggekocht maar de Joodse Gemeente keerde terug naar de 17e eeuwse sjoel. Dat is nu het centrum van Joods leven in Nijmegen.

Ooit was er vanaf 1782 Benedictus Dusnus (Baruch Bendit Segel Duchnitz, Dusnus of Ducheni) opperrabbijn. Hij kwam daar voor uit Enkhuizen en was geboren in Praag. Met zijn gezin woonde Dusnus in een huis in de Priemstraat. Zijn dochter Serel was de tweede vrouw van Israel Landau, zoon van de beroemde Praagse opperrabbijn Jechezkel Landau, beter bekend als de Noda beJehoeda.
Een kleinzoon, eveneens geheten Baruch Bendit Benedictus Dusnus (1811-1886), was 44 jaar lang opperrabbijn van Leeuwarden en de laatste opperrabbijn in Nederland die in het Jiddisj zijn predikaties hield.

Locaties die bij deze gemeente horen:

Nijmegen, Beuningen, Cuijk, Druten, Groesbeek, Heu­men, Lingewaard, Millingen a/d Rijn, Oldebroek, Overbetuwe, Rijnwaarden, Ubber­gen, Wijchen.

Lees ook:

 

Reacties zijn gesloten.